[column] Wie ben ik?

Hoi allemaal! Jullie kennen me wel als Chief Editor Tom de Beer. Ik beheer Dutch Tech Blog vanaf de oprichting. De huidige ‘Over mij’-pagina biedt al wat informatie over mij, maar ik wilde toch graag wat uitgebreider over mezelf vertellen. Vandaar deze column. Verwacht geen uitgebreid verhaal over mijn technische achtergrond. Hopelijk heb je er veel leesplezier van.

Ik ben dus Tom de Beer, 16 jaar oud en woon in het Brabantse Nuenen. Dit dorp staat bekend om haar achtergrond van Vincent van Gogh, de beroemde schilder. Nuenen wordt ook niet voor niets Van Gogh Village genoemd. Er is van alles te vinden: een documentatiecentrum genaamd Vincentre, een Van Gogh Kerkje en in de zomer kun je de Van Gogh-route lopen. Je komt dan langs alle plekken waar Vincent van Gogh bekend van is en waar informatie over hem aangeboden wordt. Mensen die van plan zijn een keer naar Nuenen te komen: bezoek eens het Vincentre. Tussen 8 en 26 april loop ik er namelijk stage. Dan kunt u me persoonlijk spreken voor vragen over wat dan ook.
Genoeg over Nuenen. Nu weer over mij. Al vanaf zeer jongs af aan werd ontdekt dat ik zeer slechthorend was. Er is toen gezegd dat ik waarschijnlijk ook nooit zou kunnen praten. Dat zat natuurlijk geen pretje zijn geweest voor mijn ouders om te horen. Toen bleek echter dat ik gehoortoestellen zou kunnen proberen. Deze werkten voor mij héérlijk. En ik draag ze nog steeds, hoor! Alleen ga ik binnenkort overstappen op de Baha, waar ik later in deze column meer over vertel. Ik moest al eerder naar school doordat ik zo slechthorend was. Ik begon op m’n 3e, heel erg vroeg dus. Omdat het wettelijk gezien niet verplicht was om naar school te gaan zo jong, maakte het ook niet uit als ik niet kwam. Maar ik kwam wel altijd (waarschijnlijk). De school waar ik het eerste op kwam, was Sint-Marie, dat op het complex ligt waar ik nog steeds op school zit: Blixembosch.
Enkele jaren later kwam ik terecht op de Beemden, vanwege een foutje met de ‘juiste’ basisschool. De bedoeling was dat ik naar de Horst zou gaan, maar de klassen waren al te groot om mij er nog bij te zetten. Het volgende jaar kon ik wel naar de Horst. Ik begon er in groep C en leerde er nieuwe kinderen kennen. Mocht ik gewild hebben, althans. Doordat ik nogal schuw was op het gebied van sociale communicatie, kostte het me erg veel moeite om anderen aan te spreken. Ik wilde mijn goede punten zien te ontdekken, dus kon me ook niet genoeg concentreren op sociaal gedrag en alles daaromheen.
Pas toen ik 6 was, bleek dat ik eigenlijk, ondanks mijn slechthorendheid, wel degelijk goed ben in taal. De docenten stonden er versteld van dat ik toen al avi 9, het hoogste leesniveau op de basisschool wist te halen. Ik kreeg ook een hoger niveau van het boek ‘Taalkabaal’, een methode om je spelling te bevorderen. Ook hier was ik zeer goed in. Op een gegeven moment werd ik qua tempo wel ingehaald door iemand anders, maar ik deed er liever wat langzamer over, zodat ik zekerheid heb, dan dat ik snel doorwerkte en veel fouten maakte. En zo gaat het nog steeds bij mij.
Op het gebied van rekenen deed ik het juist weer minder gunstig. Ik zat op een lager niveau dan mijn klasgenoten. Ook in de laatste klas, I4 (hoogste van de hele school toendertijd) had ik ‘slechts’ het rekenniveau 7. De rest had respectievelijk niveau 8. Ook op dit moment ben ik niet de beste bij rekenen, maar als ik me vergelijk met de rest van de klas ben ik toch wel tevreden met wat ik kan.
Toen was het moment daar: ik ging naar de middelbare school, welke vlak langs de Horst gevestigd is. De school, VSO (Voortgezet Speciaal Onderwijs) Ekkersbeek, is bedoeld voor leerlingen met communicatieve beperkingen. Ik kwam er gelijk in de hoogste klas van het eerste jaar terecht, klas B1G. De meeste leerlingen kende ik al van de Horst. Iedereen zelfs, op één na. Deze jongen kwam ook naast me zitten. Ik kreeg een raar gevoel. Een voor mij onbekend gevoel. Ik wist niet wat ik hiermee aan moest. Negeren? Of volgen? Tja, een zeer moeilijke vraag. Binnen nog geen week ontdekte ik dat ik verliefd was. Op een jongen! “Help!”, was mijn eerste gedachte. Maar dat zei ik omdat ik nooit echt iets met liefde had. Ik had op dat moment wel een soort van platonische relatie, maar dat werd uiteindelijk niets.
Ik was weer een halfjaar verder, in groep B2F. Ook weer de hoogste van het tweede jaar. Toen wist ik het zeker. Ik ben homo. Niet bi of wat dan ook. Ik ben gewoon 100% homo. Nou ja, gewoon? Niet iedereen ziet dat zo, helaas. Maar dat even terzijde. Ik ontdekte dus homoseksualiteit. Maar wat moest ik ermee? Gelijk vertellen of nog even voor me houden? Ik koos voor het laatste. De gevoelens voor die jongen namen alleen maar toe. Probleem was dat hij, tot zover ik wist, hetero is. Dus had het dan eigenlijk zin om te zeggen dat ik homo ben? Misschien was het maar een periode.
Nope, het was geen periode, het was liefde. De verlangens naar een ander. Enkele maanden na mijn ontdekking, in december, hakte ik de knoop door. Mijn ouders moesten en zouden het te weten gaan komen. Hyves was toen nog populair, dus gebruikte ik het om een gesprekje aan te kaarten met mijn – ook homoseksuele – oom. Ik vertelde hem mijn verhaal en hij steunde me. Dat vond ik toch wel fijn van hem, maar ook erg voorspelbaar eigenlijk. Hij zei dat mijn ouders het ook wel zouden accepteren, zeker als je bedenkt dat mijn moeder een homo als broer heeft. Dat maakte het wat dat betreft wel makkelijk. Maar voor haar was ik ook niet bang eigenlijk, het was meer mijn vader. Soms kon die het me zo moeilijk maken. Maar uiteindelijk heb ik het dezelfde avond van het gesprek met mijn oom nog kunnen vertellen.
Mijn moeder accepteert het gewoon. Ze zou het ook vertellen aan mijn vader. De volgende dag kwam hij op m’n kamer en zei dat hij het volledig accepteert. Ik dacht: “oh, fijn dat hij het ook gewoon goed vindt”, maar toen hij de kamer uit was, reageerde ik wel erg opmerkelijk voor m’n doen. Ik barstte in tranen uit. Liever wilde ik dit niet tonen, vandaar dat ik het ook pas deed nadat hij weg was. En dan had ik ook nog eens een zus aan wie ik het moest vertellen. Hoewel ik al wel wist dat zij homovrienden had, was het vrij moeilijk het te vertellen. Ik zag op een avondje dat ze op MSN zat (het godsvergeten communicatiemiddel op de computer). Een gesprek met haar via dit leek me een goede keus. Dat heb ik ook gedaan. Ik zei dat ik haar iets wilde vertellen, maar even later reageerde ze dat ze het al wist en volledig achter me staat. Héérlijk om dat te horen. Andere homo’s zullen waarschijnlijk precies hetzelfde denken bij dit soort reacties.
Goed, mijn oom, ouders en zus wisten het toen. Maar mijn oma’s en opa’s nog niet. En mijn mentor en klasgenoten evenmin. Op internet las ik dat veel jongeren het liever niet op school vertellen, maar ik wilde het taboe echt proberen door te breken. We zijn dus een paar maanden verder, in februari 2011. Het was vrijdag en ik zat met een klasgenoot in een leeg lokaal. We hadden uitval, maar omdat de meesten (waaronder ikzelf) met de taxibus gingen, moest ik gewoon in het lokaal blijven tot het tijd was. We zaten wat te kletsen, toen hij op een gegeven moment vroeg of ik al een meisje op het oog had. Tja, wat moet ik dan zeggen? Ik bedacht me dat ik, als ik het nu zou vertellen, het in ieder geval voorbij is. Dus ik zei dat ik wel iemand op het oog had, maar niet wie. Nog niet, tenminste. Omdat ik niet in woorden durfde uit te drukken dat ik homo ben, besloot ik het tekenen. Hoe raar het ook overkomt, tekende ik zo’n teken van een man. Ik vroeg eerst of hij dit teken kende, omdat het iemand is die niet zo snel de betekenis van dit soorten dingen kende. Maar hij wist wel wat het was, dus tekende ik er nog eentje. Maar dan half erin. Toen zag hij het en vroeg of ik homo was. Ik knikte vanzelfsprekend, waarna hij ineens erg verbaasd was: “Huh, ben je serieus homo?”. Ik knikte nogmaals. Hij vond het allemaal prima en steunde me zelfs. Hij raadde me aan het aan de rest te vertellen. Ik zei dat ik dat de maandag erop zou gaan doen.
Niet veel later kwam er een klasgenoot binnen. Hij vroeg wat er was, want hij had ons even horen praten. En degene die het al wist, zei dat ik iets moest vertellen. Omdat ik ook na dit positieve bang was voor een negatieve reactie van degene die net binnenkwam, besloot ik opnieuw iets te verzinnen met beeldspraak om het te vertellen. Dit lukte me niet, dus zei ik dit: “Ik ben als Gerard Joling”. Bedenk dat dit een compliment is naar de zanger, hé. Hij reageerde eerst flauw vanwege de manier waarop ik het vertelde, maar vond het ook gewoon prima.
En dan zijn we alweer bij maandag, het eerste lesuur. Degenen die het wisten, zeiden dat ik iets wilde vertellen. Maar ik maakte zelf even duidelijk dat degene waarop ik verliefd was waarschijnlijk raar zou gaan reageren. Hij kwam net de klas ingelopen, toen enkele klasgenoten zeiden dat ik iets wilde gaan vertellen, maar hij moest beloven dat hij normaal zou reageren. En dus vertelde ik het. Nerveus dat ik was, vertelde ik dat ik homo ben. Iedereen accepteerde het zonder problemen, ook degene waarop ik verliefd was.
We waren inmiddels een week verder. Ze waren toch wel benieuwd naar op wie ik verliefd was. Ze maakten er een spelletje van. Op die manier kwamen ze erachter dat ik op ‘L’ was (veel mensen in mijn omgeving weten wie ik bedoel). Zelfs hijzelf bleek het niet zozeer een ramp te vinden, maar ik juichte helaas te vroeg. Want een dag erna zei hij zich niet op z’n gemak te voelen vanwege mijn gevoelens voor hem. Ik wist wel dat hij hetero is en wilde hem ook graag met rust laten als hij dat zou willen, maar hij reageerde liever gewoon fel terug. Het begon met negeren en werd van kwaad tot erger. Zo erg zelfs, dat hij op een dag een bekertje water over m’n hoofd leeggoot. In feite was het niet echt als pesterij jegens mijn homoseksualiteit bedoeld, maar gewoon als plagerijtje. Mocht hij willen, althans. Het derde jaar, wat voor mij het begin van iets positiefs was, begon ook niet echt prettig. Maar laten we nu maar even overschakelen op een ander onderwerp, want vanaf het derde jaar werd het anders.
Ik had het advies VMBO-K gekregen als niveau. VMBO-T kon ik in principe ook wel aan, zei mijn mentor. Maar het leek mijn docent Mens en Maatschappij wel degelijk het beste om kader te doen. En daar had ik ook vrede mee, want ik wilde graag doen wat mij echt interesseerde: ICT. Op onze school kun je namelijk bij basis en kader een praktijkvak kiezen: ICT (economie), Handel & Administratie (economie), Zorg & Welzijn (biologie), bouwtechniek (natuurkunde) en installatietechniek (natuurkunde). Bij het praktijkvak dat je kiest, krijg je ook een sectorvak (zie tussen haakjes bij de richtingen). Ik heb economie. Je zou zeggen “wat een moeilijk vak, zeg!”. Tenminste, dat hoor ik van veel mensen in mijn omgeving. Echter, het is voor mij toch wel een heel interessant vak. Ik sta niet bepaald een 8 ofzo, maar wel een 6,6 op dit moment. De rest van mijn klas treft het wat minder goed. Zij hebben allemaal beneden de 6, tot zover ik weet. Maar dat betreft slechts 3 anderen. Ik werk ook nog met een andere klas samen, VMBO-K Handel & Administratie. Ook die klas kent maar 4 leerlingen, maar dat brengt het totaal toch nog op 8. Zij doen het wel gewoon goed, maar zij zullen er meer aan hebben dan wij. Ik ga zelf namelijk ICT beheer doen. Te beginnen met Medewerker beheer ICT (niveau 3) en dan ICT beheer (niveau 4).
Wij krijgen 11 uur ICT per week. Op maandag twee uurtjes, op dinsdag drie uurtjes en op donderdag zes uren. Ook hebben we vanzelfsprekend een stageperiode. Vorig jaar liep ik mee op de afdeling Informatievoorziening en automatisering van de ICMT-afdeling (Informatie Communicatie en Medische Technologie) op het Catharina Ziekenhuis. Hoewel ik er vrijwel alleen maar computers heb mogen sjouwen naar bepaalde afdelingen waar een nieuwe nodig was, was het wel interessant om te ervaren hoe het er daar aan toe gaat. Dit jaar heb ik toch wel een leukere stageplek gevonden, waarover ik al eerder in deze column vertelde: bij het Vincentre. Dit is een documentatiecentrum in Nuenen, dat gaat over Vincent van Gogh. Ik zal er enkele vaste opdrachten krijgen en mag ook een paar keer de ticketverkoop doen. Meer informatie over het Vincentre is hier te vinden: http://www.vangoghvillagenuenen.nl/het-vincentre.aspx. Mocht u me een keer persoonlijk willen spreken, dan ben ik in ieder geval van 8 tot en met 26 april bereikbaar in het documentatiecentrum. Ben ik niet bij de ticketkassa aanwezig, dan loop ik waarschijnlijk wel ergens rond.
Maar hoe zit het nou met dat ‘Baha’ waar ik straks al over vertelde? Laten we daar inderdaad eens over gaan beginnen. Baha staat voor Bone Anchored Hearing Aid, wat Engels is voor botverankerd hoortoestel. De operatie wordt ervaren als ‘routine’, omdat het slechts maximaal een uur in beslag neemt. Het is dan ook een dagoperatie. Er zal bij de operatie een schroef met abutment (opbouw) aan de zijkant van mijn schedel worden geplaatst. Hierop zal dan over een tijdje een Baha op kunnen worden vastgezet. Ik kan niet zeggen wanneer dat is, omdat dit onder meer afhangt van hoe snel de schroef zich verankert in het bot. Bij sommigen kan het al in drie weken gebeuren en bij sommige pas na twee maanden. Laten we het er op houden dat ik minimaal drie weken tot maximaal twee maanden moet wachten. In de tussentijd mag ik niet aan ruwe sporten deelnemen. Tot een week na de operatie mag ik zelf helemaal niet meedoen met gym. Daarna mag ik niet in aanraking komen met balsporten, omdat het risico bestaat dat de schroef geraakt wordt en deze scheef komt te zitten. Dan moet de operatie in sommige gevallen opnieuw worden gedaan.
Ik hoop natuurlijk dat de Baha gewoon werkt, want dan zal ik, als ik men mag geloven, dadelijk ineens supergoed horen. Nu moet ik mensen vaak om herhaling vragen, maar dan zal het waarschijnlijk omgekeerd zijn. Dat is wat veel mensen tenminste ervaren.
Tot zover mijn verhaal. Misschien een beetje rommelig, misschien ook niet. Mocht iets onduidelijk zijn of je wilt gewoon meer weten over iets, laat het me dan weten. Mail me gerust.

4 REACTIES

  1. Hoi Tom,

    Ik heb je levensverhaal gelezen. Veel wist ik er al van. Toch een interresant verhaal. Wat is de reden dat je het allemaal nog eesn wilde vertellen?

    Groetjes van Miek

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in