Review: iPad Pro (10,5-inch)


Nog geen twee maanden geleden kondigde Apple een opvolger aan voor de gigantische 12,9-inch iPad Pro, en eentje voor de 9,7-inch iPad Pro. Met een iets groter scherm dan dat laatste model trouwens. Laat ik heel eerlijk toegeven dat ik nooit echt een fan ben geweest van de iPad. Simpelweg omdat ik het nu er niet zo van inzag. Ik heb een tijdje een iPad mini 4 gehad, maar enkele maanden later verkocht ik deze weer, omdat ik ‘m nooit gebruikte.

Toch besloot ik de proef op de som te nemen en de gloednieuwe 10,5-inch iPad Pro aan te schaffen met één belangrijke vraag: welke rol kan de iPad vervullen om daadwerkelijk nuttig te zijn? Je leest het in deze review!


Specificaties

  • iPad Pro
  • 64 GB
  • Zilver
  • 10,5-inch Retina-display
    • 2224×1668 pixels (264 ppi)
    • Brede kleurweergave (P3)
    • Max. helderheid 600 cd/m2 (standaard)
    • ProMotion-technologie (120 Hz refresh rate)
    • True Tone-weergave
  • 2,36 GHz hexa-core A10X Fusion-chip
    • 3x prestatie-cores
    • 3x efficiëntie-cores
    • M10-bewegingscoprocessor
    • 4 GB LPDDR4 RAM
  • 12 megapixel iSight-camera (4K video)
  • Optische beeldstabilisatie
  • 7 megapixel FaceTime HD-camera (1080p video)
  • iOS 11 (iOS 10 voorgeïnstalleerd)

Review

Inleiding

Tijdens WWDC 2017 deed Apple iets dat eigenlijk vrij ongebruikelijk is. Althans, vergeleken met de afgelopen jaren. Want waar het bedrijf normaliter ergens ná de introductie van een nieuwe iPhone een nieuwe iPad aankondigt, gebeurde dat deze keer er vóór. Daarom wordt de tablet ook geleverd met wat nu eigenlijk alweer ‘oude’ software is. Voor je gaat zeggen “Dus het is nu al een flutapparaat”: dat is niet het geval.

Wat wel het geval is: Apple kondigde tijdens WWDC 2017 naast de nieuwe iPad(s) iOS 11 aan. Deze grote update verschijnt pas dit najaar voor het grote publiek, maar kan al wel worden gebruikt door ontwikkelaars en mensen die zich hebben ingeschreven voor het testprogramma. Wat iOS 11 zo speciaal maakt? Nou, om te beginnen maakt het van de iPad een compleet nieuwe device. Natuurlijk krijgt ook de iPhone een hoop functionaliteit, maar het is vooral de iPad die straalt met de nieuwe software. Vanzelfsprekend zal ik daar in deze review verder op ingaan. Eerst natuurlijk de hardware. Immers, zonder hardware geen software!

Design

Ik heb het in mijn eerdere reviews al gezegd: op het gebied van design weet Apple keer op keer wat perfects neer te zetten. De iPad Pro is geen uitzondering. Het is weliswaar geen compleet nieuw uiterlijk, maar hier en daar zijn wel wat veranderingen doorgevoerd. De belangrijkste is dat de randen smaller zijn geworden. Niet alleen ziet dat er in mijn ogen mooier uit, er zit ook een praktische reden achter: op deze manier kon Apple het scherm vergroten zonder dat je daarvoor de draagbaarheid verliest. Hij is maar een heel klein beetje groter, maar daar merk je eigenlijk niets van als je het direct vergelijkt met een 9,7-inch iPad, zoals de iPad Air 2.

De 10,5-inch iPad Pro is net zo dun als zijn kleinere voorganger, de 9,7-inch iPad Pro: 6,1 mm dun. En laten we dat meteen even in perspectief brengen. De iPhone 7 is 6,9 mm dun. Voor een smartphone al erg dun. Maar een tablet die merkbaar dunner is dan een smartphone, met een groter scherm, accu en meer? Dat is toch een goede prestatie die Apple heeft weten neer te zetten. De iPad weegt 477 gram. Ook dat is weer zo’n opvallend getal als je het gaat vergelijken. Nee, niet met de iPhone natuurlijk, die is gelukkig wel een stuk lichter. Apple introduceerde niet zo lang geleden een nieuwe iPad met A9-chip als een soort budgetmodel voor vanaf €409. Deze heeft in principe het design van de originele iPad Air. Het gewicht van die tablet? 478 gram. Je leest het goed, 1 gram meer dan een tablet die groter is én veel betere hardware heeft. Nu moet hier wel even aan toegevoerd worden dat de goedkopere iPad 7,5 mm dik is, dat is wel wat meer natuurlijk. Desalniettemin is de 10,5-inch iPad Pro dus extreem dun en licht, en ietsjes groter dan de 9,7-inch iPads.

Wat je verder op deze iPad zult vinden zijn de Lighting-aansluiting, koptelefoonaansluiting (jawel, in tegenstelling tot de dikkere iPhone 7 heeft de iPad Pro nog steeds zo’n aansluiting), volumeknoppen en een aan-/uitknop. Daarnaast zit er een Smart Connector op, die je kunt gebruiken om bijvoorbeeld een Smart Keyboard op aan te sluiten. Het betreft een magneetaansluiting waar stroom en data doorheen kan. Deze is niet geheel nieuw, want de 9,7-inch en originele 12,9-inch iPad Pro hadden ‘m ook al. Ook is er natuurlijk de camera, die wat uitsteekt en iets groter is dan bij de 9,7-inch iPad Pro. Maar dat mag op zich ook wel. Uiteraard lees je later waarom. Het laatste aan het design dat veranderd is – al heeft dat misschien niet helemaal met design te maken – is Touch ID: dit is nu eindelijk geüpgraded naar een tweede generatie sensor, die twee keer zo snel is in het herkennen van je vingerafdruk. Helaas is de thuisknop nog niet drukgevoelig in tegenstelling tot die van de iPhone 7.

Al met al krijg je met de 10,5-inch iPad Pro weer een prachtdesign in je handen. Het is misschien niet ideaal om de hele dag vast te houden, maar met de juiste accessoires hoeft dat gelukkig ook niet. Met een Smart Cover of Smart Keyboard maak je een standaard zodat je films kunt kijken bijvoorbeeld. Het design is een punt waar ik Apple altijd mee vertrouw, en de iPad Pro is opnieuw een goed voorbeeld van hoe het hoort.

Display

Bij iPhones en iPads biedt het scherm de enige vorm van interactie met het apparaat. Het is daarom geen verassing dat Apple hier ongelofelijk veel aandacht aan besteedt. Niet zozeer door de resolutie telkens te upgraden, maar door te kijken naar wat er daadwerkelijk beter kan aan het scherm. Bijvoorbeeld de helderheid, accuratie van de kleuren, reflectie enzovoort. Het vorige model had al een geweldig scherm, maar met de 10,5-inch iPad Pro zet Apple nieuwe stappen. Met één nieuwe feature die zelfs degenen die compleet anti-Apple zijn doen verbazen. Daarover zometeen meer.

De iPad Pro heeft, zoals je al een aantal keren kon lezen, een 10,5-inch Retina-display, met resolutie van 2224 x 1668 pixels. Dat zijn 264 pixels per inch, hetzelfde als bij alle 9,7-inch en 12,9-inch iPads. De helderheid is opgevoerd naar 600 nits. Waarom dat uitmaakt? Omdat dit het gebruik in bijvoorbeeld zonlicht verbetert. Ook de anti-reflectiecoating is wat beter, claimt Apple. Dankzij DCI-P3 toont het scherm meer kleuren uit het kleurenspectrum. Daarnaast is er de True Tone-weergave, die ervoor zorgt dat de kleur van het scherm in zijn geheel wat meer matcht met je omgeving; in een omgeving met warm licht zal het scherm ook een wat warmere tint krijgen bijvoorbeeld. Laatste twee genoemde features had de 9,7-inch iPad Pro overigens al.
Maar de grootste vernieuwing is wat Apple ProMotion-technologie noemt. Eerst even wat achtergrondinformatie. Pixels op een scherm moeten continu ververst worden. Dat gaat met een bepaalde snelheid van bijvoorbeeld 60 Hertz (Hz). Dat betekent dat per seconde het beeld 60 keer ververst kan worden. Dat is al erg vloeiend. Je hebt ook schermen die een ‘verversingssnelheid’ (refresh rate) van 30 Hz hebben. En dat verschil zie je overigens vaak ook wel. Probeer het maar eens uit met je camera: de iPhone 6 en nieuwer bieden de mogelijkheid om met 30 óf 60 beelden per seconde (bps) op te nemen met een resolutie van 1080p. Je zult zien dat het met 60 bps veel vloeiender is. En 60 bps kun je vergelijken met 60 Hz.
Dat gezegd hebbende, iPhones en iPads hebben momenteel een refresh rate van maximaal 60 Hz. En op zich lijkt daar niets mis mee te zijn. Maar het kan natuurlijk altijd beter. Dat moet Apple hebben gedacht toen ze aan deze iPad Pro begonnen te werken. Met ProMotion is het ze gelukt om de refresh rate naar maar liefst 120 Hertz op te voeren. Vanzelfsprekend zal het scherm niet altijd op 120 Hz werken, sowieso omdat applicaties er voor moeten worden aangepast. Maar onder meer animaties zijn nu sneller dan ooit. Scrollen gaat vloeiender, switchen tussen thuisschermen gaat vloeiender enzovoort. Gebruik je een Apple Pencil, dan heeft die dankzij dit scherm een ‘latency’ van slechts 20ms. Bij de vorige iPad Pro’s was dit naar verluidt ongeveer 38-40 ms. In de praktijk betekent deze upgrade dat schrijven en tekenen nog vloeiender gaat.
Het nieuwe scherm moet je echt hebben gezien en ervaren om er een oordeel over te kunnen vellen. Maar ik kan je verzekeren, dat zodra je dat een keer gedaan hebt, je iPhone (of huidige iPad) ineens heel ‘sloom’ aanvoelt qua animaties. Het is een immense vooruitgang. Ik hoop dan ook dat de volgende iPhone deze zelfde technologie gaan krijgen.

Het is een geweldig display om naar te kijken. Het is helderder, kleuren zijn accurater en navigeren op het display gaat beter dan ooit.

Apple Pencil

Eén van de belangrijkste ‘extraatjes’ van een iPad Pro boven bijvoorbeeld de huidige goedkoopste iPad, is ondersteuning voor Apple Pencil. Dit is een soort stylus ontworpen door Apple, bedoeld om te kunnen tekenen en schrijven op de iPad. Met een latency van 20ms is het de ‘snelste’ stylus op de markt. Er zit wel een behoorlijk prijskaartje aan: voor €109 maak je jezelf bezitter van de futuristisch uitziende pen.
Toch is het voor mensen die echt serieus bezig willen gaan zijn met tekenen en/of schrijven een aanwinst om te hebben. Sowieso zijn er in iOS 11 een aantal functies speciaal bedoeld voor gebruikers van een Apple Pencil, waarover ik het later nog zal hebben.
Qua design hoef ik niet veel te vertellen denk ik. Ik gebruikte net al het woord ‘futuristisch’, want dat is hoe de pen eruitziet. Dat is natuurlijk weer te danken aan Apple’s Chief Design Officer Jonathan Ive, die een liefde heet voor strak witte en moderne designs. Het doet enigszins ook denken aan de witte MacBooks van inmiddels ruim tien jaar geleden. Het materiaal is een soort hard plastic. Vergis je niet, de Apple Pencil voelt niet aan als een goedkoop prul. Integendeel. Dankzij de hardware dat erin zit, maar ook gewoon het dikkere en sterkere type plastic voelt hij relatief zwaar aan. Niet té zwaar, maar wel zwaarder dan een normale pen. Onderop heb je de ’tip’, waarmee je schrijft. Deze is van een wat zachter materiaal gemaakt. In de verpakking van de Apple Pencil zit er nog eentje, voor het geval je deze verliest of als hij verslijt. Aan de andere kant heb je een dopje, waaronder een Lightning-connector zit. Want ja, je zult ‘m ook moeten opladen. Hoe, vraag je? Simpel: je steekt ‘m in de Lightning-poort van je iPad (of iPhone, because why not?). Niet iedereen zal dit een elegante oplossing vinden, dus levert Apple nog een accessoire bij de stylus zodat je gewoon de Lightning-kabel van je iPhone/iPad kunt gebruiken. 
Binnenin vind je allerlei hardware. Onder meer een Bluetooth-chip. Die wordt gebruikt om jouw iPad Pro te vertellen dat de Apple Pencil echt bij die iPad hoort. Het configureren is kinderlijk eenvoudig: je stopt de Apple Pencil in de Lightning-poort van je iPad, wacht even op een melding waarbij gevraagd wordt of je de pen wilt koppelen via Bluetooth. Vervolgens geef je aan dat je dat natuurlijk wel wilt, en je bent klaar! Je moet dit proces wel na iedere herstart herhalen trouwens. Naast Bluetooth heb je wat sensoren die je iPad kunnen vertellen wat je aan het doen bent. Bijvoorbeeld: als je harder drukt met de pen krijg je ook dikkere lijnen in apps die dit ondersteunen. Of wanneer je de pen schuin houdt kun je een schaduw tekenen, ook weer in apps die het ondersteunen. Tot slot is er een accu aanwezig, die overigens zeer snel opgeladen wordt: in 15 seconden kun je al een half uur met je Apple Pencil doen. In principe kun je dus in enkele minuten de pen van 0% naar 100% opladen. In totaal doe je 12 uur op één lading, zo beweert Apple.
Maar goed. Tot dusver het design en de hardware. Waar het om gaat is uiteraard wat je ermee doet: tekenen en schrijven vooral. Maar ook navigeren door iOS trouwens, wat nog best handig werkt eigenlijk. Het schrijven vergt wel wat gewenning, zeker in het begin. Verwacht niet dat je meteen gaat schrijven zoals je dat met een echte pen op papier doet. Toch kun je best netjes schrijven als je het goed doet. 
In iOS 11 kun je binnen de Notities-app een andere achtergrond kiezen, zoals lijntjespapier voor het schrijven of roosterpapier voor berekeningen. Dat maakt de hele ervaring compleet in mijn ogen. Het maakt het schrijven ook wat makkelijker. Hiernaast zie je een voorbeeld van mijn schrijfstijl op de iPad Pro met een Apple Pencil. Het is leesbaar, en dat is volgens mij het belangrijkste. Maar ook het schrijven zelf is best prettig. Je kunt probleemloos je palm op het scherm laten rusten, dankzij geavanceerde palm rejection.

Wat dat betreft is de iPad trouwens ook echt koploper waarschijnlijk. Nu heb ik nog niet echt vaak met andere (teken)tablets gewerkt die palm rejection hebben, maar ik kan je in ieder geval vertellen dat het op de iPad Pro fenomenaal werkt. In het begin had ik het idee dat ik toch per ongeluk ergens op zou tikken, maar dat is misschien één of twee keer gebeurd. En dan was dat omdat ik mijn arm snel optilde en weer neerlegde. Maar het werkt dus buitengewoon goed.

Ook voor tekenen is de Apple Pencil uitermate geschikt. Dit kan net als met schrijven gewoon binnen de Notities-app. Maar dat is eigenlijk vooral bedoeld voor relatief simpele krabbeltjes en niet voor het echte artistieke werk. Daarvoor heb je gelukkig alternatieven in de App Store. Onder andere Adobe Sketch, zoals hieronder te zien is.
De Apple Pencil zal zich voor mij nog echt moeten gaan bewijzen. Maar ik ben zonder twijfel van plan deze pen te gaan gebruiken voor het schrijven van notities bij mijn aankomende opleiding. Wat dat betreft verwacht ik dan ook dat het een uitstekende vervangen van mijn MacBook Pro zal zijn.

Hardware

Dan de hardware. Aka, de processor, het werkgeheugen, de GPU en meer. Geloof het of niet, maar Apple is op dit gebied echt king. De afgelopen twee jaar hebben ze een enorme inhaalslag gemaakt als het gaat om specs. Voorheen gaven ze daar niet veel om, en kwam de concurrentie met mobiele chips die 4 of soms zelfs 8 cores hadden. Ook wat betreft RAM-geheugen leken fabrikanten als Samsung en LG de iPhone weg te vagen. Maar dan hebben we het echt over de specs op papier. De realiteit… tja, die ligt wat anders. Weliswaar is dat grotendeels aan Android te danken, dat een matig RAM-management systeem heeft bijvoorbeeld. Op YouTube staan verschillende video’s waarbij iPhones worden vergeleken met Android-toestellen. En wat blijkt meestal? Dat de iPhone met ‘slechts’ twee cores en 2 GB RAM smartphones weet te verslaan die dubbel zoveel cores en dubbel zoveel RAM hebben. Dat komt door de naadloze samenwerking tussen hardware en software. Dat is altijd het speerpunt van Apple geweest, hetgeen dat hen zo uniek maakte.
Toch weerhield dat het bedrijf er niet van om ook eens te gaan pronken met specs op papier. Opnieuw ontketent Apple een revolutie op het gebied van chips met hun A10X Fusion-chip. Deze heeft maar liefst 6 cores, het betreft dus een zogenoemde hexa-core processor. Toch betekent dit niet dat je daadwerkelijk zes cores tot je beschikking hebt. Net als met de A10 Fusion-chip die met de iPhone 7 geïntroduceerd werd, wordt de helft van de cores gebruikt om maximale prestaties te leveren, terwijl de andere helft efficiëntie levert. Alleen krijg je dan drie ‘prestatie-cores’ en drie ‘efficiëntie-cores’.
Het is niet de eerste keer dat Apple een ’triple-core’ processor in een iOS-apparaat stopt: de A8X-chip in de iPad Air 2 had ook al drie cores. Daarna, met de A9X-chip besloten ze toch weer terug te gaan naar twee krachtigere cores, waarschijnlijk omdat meer cores in eerste instantie ook meer energie verbruiken. Echter, vanwege de efficiëntie-cores in de A10(X) Fusion-chip is dat in principe geen probleem meer.
Maar goed. Tot zover de cores dus. Hoe zit het met de snelheid? Als je het met de A10 Fusion-chip gaat vergelijken zie je geen immens verschil. Wanneer je echter de A9X-chip pakt om mee te vergelijken dan wordt het verschil ineens heel wat groter. De A10X Fusion draait op maximaal 2,36 GHz, ten opzichte van 2,34 bij de A10 Fusion, en 2,15 GHz (9,7-inch iPad Pro) of 2,25 GHz (12,9-inch iPad Pro) bij de A9X. We kunnen nog wel even verder gaan. De iPad Air 2 heeft een 1,5 GHz A8X-chip. Met andere woorden, als je vanaf die iPad de upgrade maakt naar de 10,5 of 2e generatie 12,9-inch iPad Pro maakt, krijg je dus een boost in kloksnelheid. Apple claimt overigens een 30% verschil in CPU-snelheid ten opzichte van de A9X-chip.

Ook qua grafische kracht zit je natuurlijk goed: net als bij zijn voorganger heb je maar liefst 12 cores tot je beschikking. Dat betekent niet dat er op dit gebied niks veranderd is: volgens Apple is de 10.5-inch iPad Pro 40% sneller in grafische taken dan zijn voorganger. Een aardige upgrade dus. Sowieso is het ‘makkelijker’ de GPU sneller te maken dan de CPU, zo is tot nu toe altijd bewezen. Een stukje verderop laat ik de verschillen zien zoals gemeten met GFXBench Metal en Geekbench 4.1 zien.

Verder zit er 4 GB aan LPDDR4 RAM-geheugen in deze iPad Pro, evenveel als in zijn grotere broer. De 9,7-inch iPad Pro had nog 2 GB, hetzelfde als in de iPhone 7.

Allemaal leuk en aardig, die specs. Maar wat levert het mij op? Ga ik hier echt iets van merken? Dat is een goede vraag. Het hangt er een beetje vanaf of je van een oudere iPad de upgrade maakt, en zo ja: welke dat dan is. Zoals ik net al zei krijg je een zeer nette boost in kloksnelheid als je van de iPad Air 2 komt. Ook qua RAM-geheugen ga je er op vooruit. Had je echter al een iPad Pro, ongeacht het model, dan zal het verschil wat kleiner zijn. Of je moet de 9,7-inch variant gehad hebben, dan krijg je alsnog een ruim 200 MHz hogere kloksnelheid plus dubbel zoveel RAM.

In ieder geval hieronder de verschillen volgens Geekbench 4. Let wel op: dit zijn puur synthetische benchmarks en laten dus niet zien wat je er als gebruiker van merkt. Toch is het interessant om te kijken hoe de iPads telkens sneller zijn geworden. Door de komst van een extra core bij de iPad Pro (10,5-inch) zie je bij de multi-core score een drastisch verschil met zijn voorganger. Maar ook de single-core prestaties zijn bijna duizend punten meer.

Maar het wordt pas echt interessant wanneer je deze iPad gaat vergelijken met bepaalde MacBooks. Nogmaals, het gaat hier puur om synthetische benchmarks. Sowieso is het ook handig om in je gedachten te houden dat een Mac compleet andere soort hardware heeft en een ander besturingssysteem heeft. De resultaten hieronder laten zien dat de iPad Pro theoretisch gezien sneller is dan een MacBook en zelfs een $1499-kostende MacBook Pro, beide uit 2016. Alleen op single-core gebied doet de MacBook Pro het net wat beter.

Zoals eerder aangegeven ook de resultaten uit GFXBench Metal en Geekbench 4.1. Ook hier wordt de $1499 kostende MacBook Pro uit 2016 erbij gezet. Let op: alle genoemde resultaten zijn van ArsTechnica in verband met beperkte aanbod Apple-devices om mee te testen.
*Bij iPad Air 2 – Manhattan 3.1 staat 17,8

Hoe dan ook, wat deze resultaten niet kunnen aantonen, is of Apple in staat zou kunnen zijn om Macs te produceren met een processor als de A10X Fusion. Het produceren van eigen chips zou wel de prestaties ten goede komen, zoals we ook zien bij de iPhone en iPad. Helaas zou dat ook betekenen dat heel macOS opnieuw moet worden ontwikkeld voor zogenoemde ‘ARM’-processors én veel software zou direct incompatibel worden. Je zou bijvoorbeeld geen Windows via BootCamp meer kunnen gebruiken. Met andere woorden, vooralsnog is het vooral watertanden op de resultaten die Geekbench laat zien. Want laten we eerlijk zijn: het is toch prachtig dat een tablet van 6,1mm dun met een door Apple zelf ontworpen chip in staat is MacBook Pro’s in te halen op het gebied van performance én graphics?

In de praktijk krijg je gewoon een ultrasnelle tablet. Zeker in combinatie met de 120 Hz refresh rate van het Retina-display zul je gaan merken dat alles vloeiender en sneller aanvoelt. Ook als je van een oudere iPad Pro komt. Zware apps en games zullen wat sneller opstarten bijvoorbeeld. En bij professionele apps heb je minder kans op lag, zelfs als je deze in combinatie met andere apps (Split View + Slide Over) gebruikt.

Dankzij de 4 GB aan werkgeheugen blijven meer apps voor langere tijd op de achtergrond draaien, zodat je deze niet constant hoeft te vernieuwen. Het ultieme bewijs: toen ik naar een app wilde die ik zowat een hele dag geleden voor het laatst had geopend bleek deze nog gewoon te draaien. Nu is mijn iPad-gebruik weliswaar niet zo intensief als mijn iPhone-gebruik, maar ik merk duidelijk de verschillen tussen 2 en 4 GB. Tegelijkertijd gebruiken iPad-apps trouwens sowieso wat meer RAM, met name de zwaardere apps.

Zodra apps voor de processor worden aangepast zullen ook deze natuurlijk het maximale uit de processor gaan halen. Voornamelijk professionele apps als Procreate, Pixelmator en Apple’s eigen iMovie en Garageband profiteren daarvan.

Audio

Eén van de andere belangrijke hardware-features van de iPad Pro is dat het over maar liefst vier speakers beschikt. Vier speakers. In een tablet. De iPhone 7 was Apple’s eerste smartphone met stereospeakers, maar de iPad had dit al. Tegenwoordig zul je er vier speakers op vinden. Wat je eraan hebt? Nou, onder meer het kijken van films is beter dan ooit. Het lijkt zelfs alsof je surround geluid hebt. Voor wie hier niet mee bekend is, dit houdt in dat je minimaal vier boxen hebt die zo gepositioneerd staan dat het lijkt alsof je middenin een film zit. Bijvoorbeeld, als iemand schuin links voor je staat komt het geluid ook daarvandaan. Tegelijkertijd kun je ineens een auto schuin rechtsachter je vandaan horen komen. Het creëert een unieke en bovenal realistische beleving zoals je kunt lezen. Normaal is dit effect vrijwel alleen na te bootsen als je de speakers echt op de juiste manier plaatst. Op een tablet zou het wat minder effectief zijn. Toch werkt het wel.

Bij een aantal tests die ik heb uitgevoerd, waarbij ik een film afspeel kon ik de geluiden van verschillende kanten horen. Het klinkt verschrikkelijk realistisch, alsof je er middenin zit. Maar het is niet alleen het effect trouwens: het geluid zelf klinkt gewoon beter dan bijvoorbeeld dat van de iPhone 7. Daarnaast is het volume een stuk hoger, door die twee extra speakers. Je hoort dat verschil. En hóe.

Er valt verder eigenlijk niet veel over te vertellen. Je moet de speakers zelf een keer uitgetest hebben om erachter te komen waarom ze zo goed zijn. Dat geldt in principe voor alles: het display, de processor, de camera enzovoort. 

Overige hardware

De iPad Pro beschikt natuurlijk over nog meer hardware, zoals een draadloze chip, een vingerafdrukscanner en allerlei sensoren. In dit gedeelte wil ik daar nog even op ingaan.

De netwerkchip van de iPad Pro ondersteunt dual-band (2.4 GHz en 5 GHz) 802.11a/b/g/n/ac met MIMO (Multiple-Input, Multiple-Output). MIMO houdt in dat meerdere antenne’s worden gebruikt voor het ontvangen en verzenden van data. Het resultaat is een betrouwbaardere werking en hogere maximumsnelheden. Daarnaast is er Bluetooth 4.2 aanwezig.

Qua sensoren zul je een een gyroscoop met 3 assen, versnellingsmeter, barometer en omgevingslichtsensor vinden. Maar ook natuurlijk Touch ID, de vingerafdrukscanner. Het betreft hier de tweede generatie variant, wat met de iPhone 6s geïntroduceerd werd. De iPad kreeg deze upgrade pas met de nieuwe iPad Pro’s. De scanner is merkbaar sneller, zoals ook wel verwacht mag worden.

Nu we het overigens toch over de vingerafdrukscanner hebben, de thuisknop waar deze onder zit is nog steeds een fysieke knop. Bij de iPhone 7 werd deze nog vervangen door een drukgevoelige. Waarom Apple dit bij de nieuwste iPads niet heeft gedaan verbaast mij eerlijk gezegd wel. Maar Apple zal er vast haar redenen voor hebben.

Wat we tot slot nog tegenkomen in de iPad Pro: een coprocessor. Deze bevindt zich ín de A10X Fusion-chip. De coprocessor neemt bepaalde taken op het gebied van beweging over, maar heeft ook een andere belangrijke functie. Namelijk zorgen dat je ‘Hey Siri’ kunt zeggen om spraakassistent Siri te activeren. Dit bestaat inmiddels al even, maar werkt op veel apparaten alleen als deze aangesloten is op het stroomnet. Sinds de iPhone 6s en eerste iPad Pro is dat niet meer nodig. Om de betrouwbaarheid daarnaast te verbeteren laat iOS je eerst een paar zinnen uitspreken, zodat Siri leert alleen te reageren op jouw stem. Helemaal vlekkeloos werkt dat niet, maar over het algemeen werkt het prima. Nog een gaaf extraatje: als je meerdere iOS-apparaten hebt en die zijn allemaal met ‘Hey Siri’ geconfigureerd, dan bepaalt iOS welk apparaat op jouw stem moet reageren. Hoe dat gebeurt is mij onbekend, maar het werkt goed! Wanneer ik bijvoorbeeld mijn iPhone en iPad naast elkaar heb liggen en mijn Apple Watch om m’n pols heb zitten, en ik zeg ‘Hey Siri’, reageert slechts één apparaat hierop. Je ziet dan wel dat ze allemaal Siri willen starten, maar uiteindelijk reageert er maar eentje van. In mijn ogen is dit het soort detail waar alleen Apple op weet te letten. Het klinkt misschien wat gimmicky, maar het werkt wel degelijk. De concurrentie kan daar nog wat van leren.

Batterijduur

Maar hoe zit het nou eigenlijk met de accuduur? Al die hardware, inclusief natuurlijk dat 10,5-inch display met 2K-resolutie vraagt natuurlijk om behoorlijk wat energie. Toch is het Apple weer gelukt om, althans op papier te zorgen dat je nog steeds 10 uur met de tablet kunt werken. Hoewel ik dit nog niet echt getest heb, is het me opgevallen dat hij in standby modus (dus als hij niet gebruikt wordt) weinig tot niets verbruikt, ondanks dat ik op een ‘developer bèta’ van iOS 11 draai. Bij de iPhone 7 is dat wel wat anders. Wat ik daarnaast kan zeggen is dat ik er twee dagen mee deed en nog steeds ruim 50% overhield. Vanzelfsprekend heb ik het niet over 48 uur gebruik, maar ongeveer 6-7 uur gebruik volgens de gegevens op mijn iPad. Dat is volgens mij toch wel meer dan zat, toch?

Dat gezegd hebbende, de iPad Pro zit dus boordevol hardware. Een ongelofelijk snelle processor met meer dan voldoende RAM-geheugen en natuurlijk de beste grafische kracht die je je kunt wensen. Dat blijkt ook weer wanneer je de benchmarks vergelijkt met die van een MacBook. Daarnaast is er snelle wi-fi aanwezig, een snelle vingerafdrukscanner, de nodige sensoren en een coprocessor. Allemaal zonder daarbij accuduur in te leveren. Ik vraag me af of er nog ruimte voor verbetering is. Maar Apple kennende zal dat er altijd wel zijn.

Camera

Allereerst een waarschuwing: het is geheel op eigen risico om met een iPad foto’s of video’s te maken. Dutch Tech Blog is niet aansprakelijk voor mentale schade als gevolg van pesterijen hierdoor.

Alle gekheid op een stokje: fotograferen en filmen met een iPad is anno 2017 nog steeds not done. Toch neemt dat niet weg dat een goede camera op een tablet hebben welkom is. Zeker als je bijvoorbeeld documenten wilt scannen, wat onder meer een nieuwe functie is in iOS 11. Alsnog probeert Apple de iPad te promoten als een device waar je mooie plaatjes mee kunt schieten. Niets weerhield het bedrijf er dan ook van de camera te voorzien van betere specs.

Als je bekend bent met de iPhone 7 of er zelfs eentje hebt dan hoef ik je niet meer uit te leggen wat voor camera er in deze 10,5-inch (en 12,9-inch) iPad Pro zit: exact dezelfde. Zo niet, dan leg ik het natuurlijk graag even voor je uit!

De iPad Pro heeft een 12-megapixel iSight-camera met diafragma van f1.8 aan de achterkant én optische beeldstabilisatie. Daarnaast kun je 4K-video bij 30 beelden per seconde (bps) opnemen, maar heb je eveneens de mogelijkheid in 1080p bij 30 óf 60 bps, of met 720p bij 30 bps op te nemen. Ook is er de optie om slowmotion video’s te maken. En net als bij de iPhone 7 vind je zelfs een quad-LED True Tone-flitser. Hieronder twee foto’s om in elk geval een beetje een idee te geven van wat voor plaatjes je kunt schieten (tik/klik op een foto om deze te vergroten).

Op de voorkant heb je daarnaast een 7-megapixel FaceTime HD-camera met 1080p videocamera. Deze camera ondersteunt ook de Retina Flash, die van je scherm een heuse flitser maakt. Natuurlijk zijn er nog een hoop software-gebaseerde features voor beide camera’s, zoals panorama, tijdsverloop (time-lapse), vierkant, filters, HDR en meer. Vanzelfsprekend kun je foto’s en video’s naderhand bewerken. Onder meer met de Foto’s-app, maar voor video’s heb je iMovie als je wat verder wilt gaan dan alleen inkorten van filmpjes.

Al met al een uitstekende camera. Met de kwaliteit is niets mis, integendeel: net als dat de camera van de iPhone 7 superb is, geldt dat net zo voor die van de 10,5-inch iPad Pro. De vraag is echter: waarvoor wil je hem gaan gebruiken? Als je van plan bent in het openbaar foto’s te maken met een tablet, dan loop je wel het risico voor gek te staan. Ga je het onder meer voor het scannen van documenten gebruiken, of voor apps met Augmented Reality die later dit jaar uit zullen komen, dan is de camera meer dan geschikt. Ook de camera voorop maakt prima foto’s en video’s, en dat kan handig zijn bij het videobellen bijvoorbeeld. Dus ook wat dat betreft een welkome upgrade.

Eén ding is in ieder geval zeker: de iPad Pro heeft ongetwijfeld één van de beste – zo niet beste camera van alle tablets.

iOS 11

Het hart van de iPad is natuurlijk de processor. Maar om daadwerkelijk ook maar iets te hebben aan het apparaat, hoort er een besturingssysteem op te staan. De tablet wordt standaard geleverd met iOS 10, omdat de volgende versie pas dit najaar zal worden uitgebracht. Toch betekent dat niet dat je het niet kunt gebruiken. Als een geregistreerd ontwikkelaar heb ik de mogelijkheid om iOS ‘ontwikkelaarsversies’ te downloaden en installeren. Dus ook iOS 11 bèta. In dit onderdeel wil ik de belangrijkste vernieuwingen toelichten, en dan met name de zaken die vooral voor de iPad van toepassing zijn.

‘Een grote stap voor iPhone. Een megasprong voor iPad’. Dat is hoe Apple iOS 11 presenteert op haar website. En dat bleek ook tijdens de keynote op WWDC 2017 afgelopen juni. Want het bedrijf leek op een gegeven moment klaar te zijn met alle aankondigingen over de nieuwe ‘major update’, omdat het daarna over de nieuwe iPad Pro’s begon. Ineens, tot mijn grote verbazing bleek er nog meer over iOS 11 te komen. Greg Joswiak, Apple’s VP Product Marketing, zei toen hij klaar was “Maar je hebt het volledige iOS 11-verhaal nog niet gehoord, zoals het betrekking heeft op iPad.”

En vervolgens kwam Craig Federighi, het hoofd van het softwareteam weer het podium op. Die zei: “Hallo allemaal. Ja, er is meer iOS 11, als je van iPad houdt zoals ik dat doe, hou je vast, want je bent in voor een wilde rit. We nemen iOS naar het volgende level. Dit is de grootste iOS release voor iPad die we ooit hebben gedaan.”

Is dat ook zo? Let’s have a look! Het eerste nieuwe wat je zult vinden is eigenlijk al heel duidelijk te zien: het Dock. Dit ziet er nu wat anders uit. Voorheen was het een rechthoekige balk waarin je maar een paar appicoontjes kon plaatsen. In iOS 11 kun je er veel meer bij plaatsen om te beginnen. Maar wat je nu ook kunt, is het Dock tevoorschijn halen vanuit iedere applicatie door van de onderrand naar boven te vegen, zoals je dat met Bedieningspaneel al deed. Dit maakt multitasken makkelijker dan ooit. Je gebruikt het ook om apps in Split View te plaatsen. In iOS 9 en iOS 10 moest je vanaf de zijkant rechts vegen en dan kreeg je een lijst te zien met alle apps die deze functie ondersteunen. In het begin ging dat nog prima, maar naarmate steeds meer apps Split View kregen, werd het steeds lastiger even snel de juiste app te vinden. Er was bijvoorbeeld geen zoekfunctie aanwezig. Wat je ook nog in het nieuwe Dock zult vinden is Handoff; wanneer je op je iPhone, Apple Watch of Mac een app hebt geopend die Handoff ondersteunt, kun je op je iPad verdergaan waar je was gebleven met een tik op het appicoon (rechtsboven ervan zie je middels een icoontje op welk apparaat het geopend is). Tot slot heb je de mogelijkheid om recent gebruikte apps te tonen, handig als je snel wilt switchen van app naar app.

In iOS 11 maak je in feite gewoon een soort favorietenlijstje in je Dock: alle apps hierin kunnen in Split View worden geplaatst. Of natuurlijk Slide Over. Wat dat betreft trouwens: waar voorheen Slide Over echt apart stond van de app(s) erachter draait deze nu ernaast. Met andere woorden, je kunt nu drie apps tegelijkertijd gebruiken in plaats van twee. Vier als je Picture-in-Picture meetelt, waarmee je een klein venstertje in de hoek van je scherm krijgt te zien om video te kijken.

Ook nieuw is dat wanneer je bij het naar boven vegen vanaf de onderrand nóg verder doorveegt, je de appswitcher opent. En ook die is compleet veranderd. Natuurlijk zie je er nu het nieuwe Dock, maar ook de manier waarop je recente apps worden getoond is anders. Je ziet in totaal vier apps op één scherm. Als kers op de taart heeft Apple Bedieningspaneel samengevoegd met de appswitcher. Met uitzondering van dat laatste heeft de appswitcher nu wel heel erg veel weg van Mission Control in macOS.

Maar de grootste vernieuwing in iOS 11 voor de iPad is toch wel Drag & Drop. Voor het eerst kunnen apps écht met elkaar praten. De afgelopen jaren heeft Apple al wat stappen gezet op dit gebied. Zo zijn er extensies voor het Deelmenu, third-party keyboards, call identifiers en blockers, extensies voor Apple Maps, kun je inkomende telefoongespreken van onder meer WhatsApp en Skype op je toegangsscherm beantwoorden enzovoort enzovoort. Maar even een bestand vanuit iCloud Drive naar Mail slepen om als bijlage toe te voegen, dat ging niet. Daarvoor moest je in Mail tikken, op ‘Voeg bijlage toe’ tikken en vervolgens in iCloud Drive zoeken naar het juiste bestand. En tot op zekere hoogte werkt dat. Maar het kan makkelijker. Natuurlijker, om het zo te zeggen. En dat is wat met iOS 11 mogelijk wordt: je kunt nu bestanden slepen van app naar app. En het mooie is, je hoeft hiervoor niet eens in Split View te zitten. Dankzij ‘multi-finger gestures’ kun je dit doen:

Tik op een bestand en houd je vinger hierop. Tik vervolgens met een andere vinger nog een paar andere bestanden aan, zodat je meerdere bestanden in één keer kunt slepen. Daarna open je met die vinger het Dock, tik je een app aan en laat op de gewenste plek de bestanden los. Allemaal zonder gedoe. Ontwikkelaars zullen dit nog wel moeten inbouwen in hun apps, maar Apple’s ingebouwde applicaties ondersteunen het in principe allemaal al: Mail, Safari, Berichten, Notities, Bestanden enzovoort.

Over Bestanden gesproken, dit is een nieuwe app in iOS 11. Of ja, eigenlijk is het gewoon iCloud Drive of steroïden. Voor het eerst krijg je een quasi filemanager op je iPhone en iPad. Naast iCloud Drive vind je er al je andere clouddiensten, allemaal op één plek. Er is ondersteuning voor tagging, je kunt recente geüploade bestanden bekijken, er is Drag & Drop support aanwezig uiteraard en meer. En hoewel de iPad geen 3D Touch heeft, kun je nu via het appicoon snel bij je recente bestanden komen om deze makkelijk en snel te kunnen kopiëren naar andere apps.

Eerder in deze review vertelde ik over Notities dat nieuwe functies heeft voor Apple Pencil-gebruikers. Zo kun je vanaf het toegangsscherm met deze pen op het scherm tikken om meteen een nieuwe notitie te openen. En waar je normaal eerst op een paar knoppen moet tikken om een tekeningetje te maken kun je met de Apple Pencil gewoon meteen beginnen met krabbelen. Dus Apple pakt flink uit met de nieuwe Notities-app in iOS 11, vooral voor mensen die een Apple Pencil hebben.

Er is meer: screenshots! Tot nu toe moest je altijd, als je een screenshot had gemaakt en deze wilde bewerken, naar de Foto’s-app, de screenshot aantikken, op Wijzig tikken, dan op het rondje met drie bolletjes tikken en tot slot naar Markeringen gaan. Heel erg omslachtig allemaal. In iOS 11 kan het makkelijker, want wanneer je nu een screenshot maakt verschijnt en links onderin het scherm een thumbnail ervan. Als je daarop tikt – met of zonder Apple Pencil – kun je meteen beginnen met tekenen en schrijven. Je kunt zelfs een vergrootglas toevoegen.

Dat markeren werkt nu ook in Safari, waar je via het Deelmenu een PDF aan moet maken om zo de mogelijkheid te krijgen te tekenen en te schrijven. Handig als je bijvoorbeeld een formulier moet invullen.

iOS 11 biedt nog véél meer features. Maar voor nu wilde ik mij puur richten op de functies die de iPad naar een nieuw niveau tillen op het gebied van productiviteit, en functies die zelfs potentie bieden om de tablet als vervanger van laptops te maken. De update verschijnt dit najaar voor de iPhone 5s en nieuwer, iPad Air en nieuwer, iPad mini 2 en nieuwer en de iPod touch (6e generatie). Vanzelfsprekend zal daarover nog meer informatie volgen tegen die tijd.

Conclusie

Het is dan toch weer tijd voor het eindoordeel. En daarvoor wil ik me eigenlijk focussen op één vraag: in hoeverre mate kan de iPad Pro een laptop vervangen? Want dat is wat Apple probeert te bereiken, zeker met iOS 11. Daarnaast zal ik kort toelichten waarom je wel of niet zou moeten upgraden naar dit model als je al een oudere iPad hebt.

Allereerst dus de vraag of een iPad Pro dé vervanger van je laptop kan zijn. Het antwoord hierop is niet zo eenvoudig te geven. Want iedereen gebruikt zijn/haar laptop anders. Je moet dus allereerst kijken of dat wat jij nodig hebt om de dag door te komen, allemaal mogelijk is op een iOS-apparaat. In mijn geval is dat wat lastiger: als ICT’er moet ik met software werken die er niet altijd is. Toch is het voor een enorm groot deel wel te doen. Ik zal een voorbeeld geven van een werkdag de afgelopen week, waarbij ik veel gebruik heb gemaakt van de iPad Pro.

Omdat men over wilde schakelen naar een logische indeling voor de management IP-adressen (met name iDRAC/iBMC, maar ook SSH toegang tot de switches) werd mij gevraagd met een plan te komen hiervoor. Daarvoor heb ik allereerst Google Drive gebruikt waarop onze ‘CMDB’ staat met alle switches, servers, storage controllers en meer. In Split View had ik Office Word openstaan, met een tabel waarin ik ranges heb gemaakt die elk een categorie zijn. Bijvoorbeeld: x.x.x.1 tot x.x.x.10 zijn de ethernet switches, x.x.x.11 tot x.x.x.20 zijn de Dell-servers enzovoort. Per range heb ik op z’n beurt weer voor ieder apparaat het gewenste IP-adres gegeven.

Na goedkeuring door mijn collega’s kon de implementatie beginnen. Daarvoor gebruikte ik drie apps: Ping en Termius in Split View, en Word als Slide Over app. Respectievelijk kun je hiermee pingen naar IP-adressen, SSH/Telnet toegang krijgen en natuurlijk tekst verwerken. Deze draaide ik allemaal tegelijkertijd, geloof het of niet. Maar dat kan dus. En zonder dat de iPad echt slomer wordt ofzo.

En omdat de iPad niet zwaar is en sowieso redelijk ‘mobiel’ is blijf je zo productief mogelijk bezig. Voorheen zou ik met mijn MacBook Pro ditzelfde gedaan hebben, maar dan zou ik deze in elk geval even ergens op moeten zetten. Immers, constant met een laptop in je arm terwijl je ook nog op de systemen moet om IP-adressen te wijzigen, dat werkt niet echt lekker. Waar ik mijn iPad Pro trouwens nog meer voor heb gebruikt is het op afstand verbinden naar servers met Microsoft Remote Desktop Client. 
Maar terug naar dat punt dat ik eerder noemde: iedereen gebruikt een tablet anders. Voor een IT’er zal het lastiger zijn dan voor een manager. Wel is duidelijk dat de App Store steeds meer applicaties biedt, waardoor ook weer meer mensen zich zullen interesseren in een iPad. Updates als iOS 11, maar ook hardware-features als de Apple Pencil, Smart Keyboard, een ultrasnelle processor en misschien zelfs die geweldige camera dragen hieraan bij.

Heb je al een 9,7-inch iPad Pro, dan is het in mijn ogen niet echt verstandig om te upgraden naar deze. In het geval dat je een 12,9-inch iPad Pro uit 2015 hebt, wordt het al wat anders. Maar pas als je huidige tablet een iPad Air 2 of ouder is ga je er écht op vooruit. Voor je portemonnee is het wat minder gunstig, omdat het goedkoopste Pro-model nu €739 is. Al krijg je daar wel meer opslag voor, want nog niet zo lang geleden was 16 GB het entry-level model, nu is dat 64 GB. En vanzelfsprekend wordt die hogere prijs ook veroorzaakt door het grotere scherm. Het wordt pas echt duur wanneer je er een Apple Pencil én Smart Keyboard bij zou nemen: in het goedkoopste geval zou je dan €1027 kwijt zijn. Ter vergelijking, dat is bijna net zo duur als de goedkoopste 13-inch MacBook Air (€1099). Al mist die wel een hoop features die de iPad Pro heeft.

Voor mij is de iPad Pro in ieder geval de perfecte tablet. Eentje waarvan ik niet zou weten wat er nog beter kan. Nou ja, er is altijd wel iets dat beter kan. Zo heb je bijvoorbeeld de camerabump achterop, wat er in mijn ogen niet zo ‘consistent’ uitziet met de rest van het design. Ook had ik graag 3D Touch en de drukgevoelige thuisknop gezien op deze iPad Pro. Maar zoals ik eerder aangaf zal Apple vast en zeker wel een goede reden hebben gehad om het te doen zoals het nu is.
Ter afsluiting de belangrijkste plus- en minpunten op een rijtje.
Pluspunten
• Nog steeds een prachtdesign om te zien en vast te houden
• Helder display met accurate kleuren
• Zéér fijn display om mee te werken dankzij 120Hz refresh rate
• Met Apple Pencil kun je écht schrijven, mits je hier wat mee oefent
• Processor blaast concurrentie omver, maar is bovenal meer dan snappy
• Met 4 GB RAM blijven apps extreem lang open op de achtergrond
• De accu gaat lang genoeg mee voor twee tot drie dagen gebruik
• Fantastische camera voor een tablet
• iOS 11 biedt de potentie van een iPad Pro een ware vervanger van je laptop te maken
Minpunten
• Display toont snel vlekken en is dan moeilijk schoon te maken
• Camerabump achterop
• Geen 3D Touch (alhoewel er wel wat 3D Touch-achtige functies ingebouwd zijn)
• Geen drukgevoelige thuisknop
• Nog steeds geen échte pro-apps in de App Store beschikbaar
• Bestanden-app in iOS 11 is nog relatief beperkt

Tom de Beer
Techblogger en Apple-fan in hart en nieren, student Bachelor ICT & Business, en altijd bereid kennis en ervaring op te doen over alles dat met technologie te maken heeft. Tevens gecertificeerd Microsoft Office Specialist Master, taalfanaat en enorme fan van Céline Dion.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in